Schoonmaker anderhalf jaar inhuren via uitzendbureau: sprake van payrollovereenkomst?

Schoonmaker anderhalf jaar inhuren via uitzendbureau: sprake van payrollovereenkomst?

Een uitzendkracht wordt anderhalf jaar ter beschikking gesteld aan een schoonmaakbedrijf. Volgens de rechter is er daardoor sprake van een payrollovereenkomst. Advocaat Maarten Tanja vindt het een discutabele uitspraak, schrijft hij op Flexmarkt.

Een werkneemster is in september 2019 in dienst getreden bij haar werkgever op basis van een uitzendovereenkomst. Vervolgens werd zij ter beschikking gesteld aan een schoonmaakbedrijf.

In maart 2021 heeft de uitzendkracht zich wegens zwangerschap ziekgemeld en geen salaris meer ontvangen. Op 1 april 2021 heeft de werkgever per brief aan de uitzendkracht medegedeeld dat haar contract, dat afliep op 8 april, niet zou worden verlengd.

Payrollovereenkomst

De uitzendkracht heeft hierop laten weten dat zij het oneens is met de opzegging. Uiteindelijk heeft zij bij de rechter verzocht om vernietiging van de opzegging en gevraagd om doorbetaling van het (achterstallige) salaris. Hieraan legt zij ten grondslag dat er geen sprake is van een rechtsgeldige opzegging. Volgens de uitzendkracht zou namelijk sprake zijn van een payrollovereenkomst. Omdat 1) de werkgever geen rol heeft gespeeld in het wervings- en selectieproces. En 2) de uitzendkracht al anderhalf jaar ter beschikking is gesteld aan dezelfde opdrachtgever.

Dat zou meebrengen dat de terbeschikkingstelling exclusief is, wat één van de twee vereisten is van de payrollovereenkomst. Met het gebrek aan allocatie samen, is volgens de werknemer een payrollovereenkomst ontstaan.

Ketenregeling

Als gevolg van deze kwalificatie is de reguliere ketenregeling van toepassing (maximaal drie contracten dus) en heeft de werkneemster, na acht arbeidsovereenkomsten, ondertussen een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Deze arbeidsovereenkomst kan niet eenzijdig opgezegd worden door de werkgever.

Rechter geeft schoonmaakster

Tegen alle verwachtingen in volgt de rechter het standpunt van de schoonmaakster en oordeelt hij dat er sprake is van een payrollovereenkomst. De allocatiefunctie is niet vervuld en na anderhalf jaar is er blijkbaar sprake van een exclusieve terbeschikkingstelling. Het voorgaande betekent dat de opzegging niet rechtsgeldig was en wordt vernietigd door de rechter.

Allocatie

"De rechter heeft het hier wat ons betreft bij het verkeerde eind", aldus advocaat Tanja. "Een payrollovereenkomst is een uitzendovereenkomst, waarbij de werkgever geen allocatiefunctie heeft vervuld (lees: het samenbrengen van vraag en aanbod). En waarbij de werknemer exclusief ter beschikking wordt gesteld aan een opdrachtgever. Deze twee aanvullende eisen gelden cumulatief: aan beide vereisten moet worden voldaan."

Geen exclusiviteit

"Daarin ligt al het eerste gebrek", legt hij uit. "De uitspraak toetst nauwelijks of er sprake was van allocatie. Het wordt daarna nog erger. Hoewel tijdsverloop – hoe lang een werknemer voor dezelfde opdrachtgever werkt – een indicatie kan zijn van exclusiviteit, heeft de wetgever nooit bedoeld om dat automatisch te laten ontstaan na een bepaalde periode. En al helemaal niet na zo’n korte tijd als in deze uitspraak."

Hij vervolgt: "De werkgever in deze zaak is niet ter zitting verschenen. We vermoeden dat die omstandigheid ertoe heeft geleid dat de kantonrechter de werknemer graag gelijk wilde geven. Juridisch is het oordeel uiterst discutabel. We verwachten dan ook dat deze uitspraak geen navolging vindt."

Geschreven door Maarten Tanja van Köster Advocaten Haarlem voor Flexmarkt. Zaak ECLI: NL:RBNHO:2021:68