Het is op dit moment het meest circulaire gebouw van Nederland: The Green House in Utrecht. Achter elk element in dit horecapaviljoen schuilt wel een verhaal: van de glazen puien tot de kas en van de groene wand tot de werknemers. In The Green House stap je in een wereld van urban mining, pay-per-use, biophilic design en social return.
Op dinsdag 10 april opende het paviljoen aan de Croeselaan – ingesloten door het imposante rijkskantoor De Knoop en het iconische Rabobank gebouw – officieel haar deuren. De pers mocht – letterlijk – een kijkje in de keuken komen nemen. De boodschap tijdens de presentaties en rondleiding was helder: de ambitie om zo circulair mogelijk te zijn was en is nog steeds leidend, maar de toewijding aan een gezonde business case is minstens zo groot. Om het nog uitdagender te maken wilde het consortium van Strukton, Ballast Nedam en Facilicom/Albron (exploitatie) geen concessies doen aan comfort en esthetiek. Haalbaar, houdbaar en opschaalbaar zijn de belangrijkste uitgangspunten.
The Green House: Circulair én praktisch
De partijen sloegen de handen ineen met architectenbureau cepezed, die de opdracht kreeg een demontabel en zo circulair mogelijk gebouw te ontwerpen. Over 15 jaar wordt het paviljoen afgebroken en elders opgebouwd. De huidige locatie aan de Croeselaan, waar oorspronkelijk de Luitenant-Generaal Knoopkazerne stond, wordt dan definitief herontwikkeld.
Tijdens het ontwerp- en bouwproces zijn telkens afwegingen gemaakt tussen circulariteit, esthetiek, kosten en praktisch oogpunt. De fundering is bijvoorbeeld van nieuwe grondstoffen gemaakt, maar is wel makkelijk verwijderbaar en kan dus na 15 jaar op een andere plek worden neergelegd. Handig, want het is de bedoeling dat de ruwbouw van het paviljoen 3x 15 jaar meegaat. Voor de isolatie is gekozen voor kunststof. Dit is lang niet zo duurzaam als bijvoorbeeld schapenwol, maar wanneer het paviljoen wordt ontmanteld, zou wol veel kwetsbaarder zijn voor een regenbui. Kunststof gaat onderaan de streep dus veel langer mee.
Foto: architectenbureau cepezed
Hergebruik Knoopkazerne
De glazen puien die het paviljoen z’n green house-uiterlijk geven zijn afkomstig van de voormalige Luitenant-Generaal Knoopkazerne. De letters die de gevel van dit bouwwerk sierden zijn nu binnenin het paviljoen aangebracht als ‘Zaai plant, eet lekker’. De karakteristieke stenen waar de begane grond mee is belegd zijn afkomstig van de kade in Tiel.
Urban mining
Op de eerste verdieping zijn vier vergaderruimtes beschikbaar, die flexibel zijn in te delen tot twee ruimtes voor elk 50 personen. Per ruimte is een ander circulair principe toegepast. Zo staat in een van de ruimtes het reclaimen van afval als nieuwe grondstof centraal, bijvoorbeeld door gebruik te maken van tapijt van oude visnetten uit zee. In de naastgelegen ruimte draait het om urban mining, waarbij een team de stad Utrecht ingedoken is op zoek naar meubilair dat weliswaar aan het einde van haar levensduur is, maar relatief makkelijk opgeknapt kon worden. Het laatste toegepaste principe is de inzet van nieuwe grondstoffen en producten die aan het einde van de levenscyclus gemakkelijk en optimaal her te gebruiken zijn.
Zowel het meubilair (er zijn stoelen gemaakt van gerecycled plastic en tafelbladen – hoe toepasselijk – gemaakt van koffie en kranten) als de verlichting wordt volgens het pay-per-use principe ingezet in het paviljoen.
Foto: architectenbureau cepezed
Energieneutraal
Ook aan het energieverbruik is gedacht. The Green House is energieneutraal dankzij zonnepanelen op het dak van het paviljoen zelf en op de daken van kantoor de Knoop en het hoofdkantoor van Strukton.
Natuur als inspiratiebron
De natuur is dé grote inspiratiebron voor het hele paviljoen. Circulair ondernemen is immers ondernemen met de ambitie om onze aarde te ontlasten, en daarmee onze eigen bestaanszekerheid te garanderen. In The Green House komt de natuur ook op andere manieren naar voren. Zo is in een vergaderzaal gebruik gemaakt van biophilic design, wat betekent dat in het ontwerp van een ruimte teruggegrepen wordt op de natuur. Zo is er zicht op groen (zowel de kas als de groenwand), en wordt door de patronen in het tapijt en het gebruik van hout gerefereerd aan de natuur. Wetenschappelijke studies tonen aan dat zelfs het gebruik van natuurlijke materialen al een gunstig mentaal effect heeft op mensen.
De groenwand is hier natuurlijk het toppunt van. De wand draagt bij aan luchtzuivering, luchtvochtigheid en heeft een positieve uitwerking op ons functioneren.
Foto: architectenbureau cepezed
Urban farm
Circulair, circuleuk en circulekker is het devies van het paviljoen. The Green House is bovenal een horecaconcept: bijna 400 van de 700 m2 wordt ingenomen door het restaurant. Eten, drinken en gastvrijheid staan centraal, maar wel op een heel bijzondere manier. Het meest in het oog springend zijn de urban farm – een kas van 80 m2 op de eerste verdieping die door de glazen puien goed zichtbaar is vanaf de straatkant – en de open keuken met indrukwekkende pizza-oven. De publiekstoegankelijke kas herbergt stellages met 40 verschillende soorten kruiden en groenten die eigendom zijn van het bedrijf HRBS en bewaterd worden door middel van regenwater. Albron betaalt voor het gebruik van de gewassen, een van de vele voorbeelden van innovatieve en langdurige samenwerking tussen betrokken partners.
Innovatieve keuken
Ook de keuken zit vol verhalen. Zo wordt de multifunctionele pizza-oven gestookt met sprokkelhout afkomstig van Staatsbosbeheer. In totaal voorziet biobrandstof, waaronder kolen gemaakt van olijfpitten, 80 tot 90 procent van de energiebehoefte in de keuken. Ook op andere vlakken zijn weloverwogen keuzes gemaakt in het kader van circulariteit en duurzaamheid. Er is 40 procent minder apparatuur aanwezig en ijs wordt gemaakt met stikstof, een restproduct van de petro-chemische industrie.
Een van de uitgangspunten in de samenwerking is dat de opening van het paviljoen geen eindpunt is in de circulaire ambitie. De wens om een stekkerloze keuken te realiseren staat bijvoorbeeld nog steeds. Ook is er veel interesse in de mogelijkheid om CO2 te gebruiken als koelvloeistof in koelkasten en vriezers.
Foto: architectenbureau cepezed
Duurzaamheid op je bord
Al die innovativiteit is erop gericht om duurzaam, lekker en gezond eten aan te bieden aan de gasten. Aan het roer in de keuken zit voormalig sterrenchef Peter Scholte, die zich vanuit de eigen ambitie aan dit circulaire project heeft verbonden. Ingrediënten die niet uit de kas komen (een gerecht bestaat doorgaans voor 80 procent uit groenten) worden ingekocht bij lokale en duurzame telers. Er wordt gekookt volgens het seizoen en vlees en vis zijn verantwoord. Zo krijg je vis voorgeschoteld die in de keten te boek staat als bijvangst. Wel ontzettend vers, want maar liefst drie keer per week komt de visboer langs.
Op de menukaart kun je aan de hand van een sterrenclassificatie zien hoeveel CO2 er is vrijgekomen bij de totale totstandkoming van een gerecht (momenteel slechts tot 45 procent inzichtelijk), hoe lokaal een gerecht is en hoeveel de maaltijd bijdraagt aan jouw vitaliteit.
Foto: architectenbureau cepezed
Social return: samenwerking met The Colour Kitchen
De medewerkers die al dit lekkers bij de gasten brengen zijn ‘makers van herinneringen’. Niet alleen vanwege de gastvrijheid die hoog in het vaandel staat, maar ook omdat zij meer kunnen vertellen over de verhalen achter The Green House. 20 procent van al het werk wordt ingevuld door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Om dit professioneel vorm te geven vond Albron een partner in The Colour Kitchen.
The Green House: een gebouw met 100 verhalen
The Green House is een gebouw met 100 verhalen. Inspirerende verhalen van klein tot groot, die aanzetten tot nadenken over de eigen mogelijkheden. Strukton, Ballast Nedam en Albron hopen nadrukkelijk andere partijen te enthousiasmeren om aan de slag te gaan met circulariteit: niet alleen de diverse partners waarmee zij contracten voor 15 jaar hebben afgesloten, maar ook andere geïnteresseerden. Ze promoten zelfs de ‘right to copy’.
Het paviljoen moet dus een broedplaats worden van circulariteit, een living lab waar mensen hun licht kunnen opsteken. Eten en drinken vormen een sleutelrol in het bijeenbrengen van mensen, zodat ze kunnen ontspannen en open kunnen staan voor informatie en inspiratie.
Meer weten over circulariteit? Bezoek onze overzichtspagina over circulair inkopen en huisvesten!