OSB heeft een factsheet over de overgang van een schoonmaakcontract naar een SW-bedrijf uitgebracht. Daarin stelt de werkgeversorganisatie dat een SW-bedrijf als winnende partij bij een contractwisseling de bestaande schoonmakers moet overnemen.
Wat is een SW-bedrijf?
In Nederland zijn zo’n 95 SW-bedrijven actief. Zij voeren in opdracht van gemeenten de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) uit. Naast mensen met een indicatie voor de Wsw, worden door SW-bedrijven ook mensen vanuit andere doelgroepen naar werk begeleid. Dit zijn mensen vanuit de WWB (bijstand) of de Wajong. Het begeleiden naar werk gebeurt met verschillende soorten werk.
Van groenonderhoud tot schoonmaak…
Veel voorkomende werksoorten zijn groenonderhoud, inpakken, catering en schoonmaak. SW-bedrijven kennen verschillende juridische vormen, aldus OSB . “Zo zijn er SW-bedrijven die voor één gemeente werkzaam zijn. Dit is veelal het geval in de grote steden zoals Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Groningen, Utrecht. Daarnaast zijn er ook SW-bedrijven die voor meerdere gemeenten werken. Dit gebeurt in een bestuurlijke samenwerking: Gemeenschappelijke Regeling. Er is ook een verschil in de manier waarop de verschillende werksoorten onder gebracht zijn bij het SW-bedrijf. Er kunnen voor de verschillende soorten werk aparte businessunits zijn van een SW-bedrijf maar ook aparte bedrijven, zoals bijvoorbeeld schoonmaakbedrijven of groenonderhoudsbedrijven.”
Mag een SW-bedrijf wel een schoonmaakopdracht uitvoeren?
Ja, dat mag, zegt OSB. “Een SW-bedrijf kan een schoonmaakopdracht aannemen en uitvoeren. Hiervoor hoeft een bedrijf niet als schoonmaakbedrijf ingeschreven te staan bij de kamer van koophandel. Dit is mogelijk voor zowel overheidsopdrachtgevers als opdrachtgevers uit het bedrijfsleven. Als een SW-bedrijf een gemeentelijke dienst is, kan de gemeente op basis van de wet zelfs zonder openbare aanbesteding de opdracht aan het SW-bedrijf gunnen.”
Welke arbeidsvoorwaarden hanteert een SW-bedrijf?
De meeste SW-bedrijven hanteren volgens OSB meerdere arbeidsvoorwaarden naast elkaar. “Welke arbeidsvoorwaarden worden toegepast, is afhankelijk van de werknemer. Voor alle mensen met SW-indicatie wordt de CAO Wsw verplicht gehanteerd. Mensen met een WWB-uitkering werken meestal met behoud van uitkering, dus zonder arbeidsvoorwaarden. Daarnaast zijn er ook mensen in het bedrijf werkzaam die een ambtenarenstatus hebben en daarmee verplicht onder de CAO voor gemeenten vallen, de CAR-UWO. Zowel de CAO Wsw als de CAR UWO zijn verplichte CAO’s voor die betreffende werknemers. Soms zijn er ook werknemers die niet verplicht onder een van de eerder genoemde CAO’s vallen. Dan hanteert het SW-bedrijf eigen arbeidsvoorwaarden of een CAO die bij het soort werk hoort, bijvoorbeeld de CAO Schoonmaak.”
Maar moet het SW-bedrijf dan niet de CAO-schoonmaak toepassen?
OSB: “Meestal staat in CAO’s een artikel waarin wordt beschreven in welke situaties die CAO van toepassing is. Dit noemen we de werkingssfeer van een CAO. In het geval van de CAO Wsw en de CAR UWO is de werkingssfeer van toepassing op het soort werknemer: een SW’er of een ambtenaar. De werkingssfeer van de CAO-schoonmaak gaat over de activiteiten die een bedrijf uitvoert. Dus de CAO-schoonmaak geldt voor ieder bedrijf dat als hoofd- of neventaak schoonmaak uitvoert. Dus volgens de werkingssfeer van de CAO-schoonmaak, moet ieder bedrijf dat schoonmaakt, de CAO-schoonmaak toepassen.”
SW-bedrijf onder werking CAO-schoonmaak
Alle OSB-leden zijn altijd gebonden aan de CAO-schoonmaak. Als de CAO door het ministerie van SZW algemeen verbindend wordt verklaard, geldt dit voor alle bedrijven in Nederland die schoonmaken. OSB is van mening dat een SW-bedrijf dat schoonmaakt met een zelfstandige schoonmaak-bv onder de werkingssfeer van de CAO-schoonmaak valt. “Het bedrijf opereert op de markt, heeft een aparte juridische status en heeft als hoofd- of nevenactiviteit schoonmaken. In dat geval zullen er binnen het bedrijf vaak meerdere CAO’s naast elkaar worden, of zouden moeten worden, toegepast: de CAO Wsw geldt dan verplicht voor alle SW’ers, de CAR UWO geldt dan verplicht voor alle gemeente-ambtenaren en de CAO-schoonmaak geldt voor werknemers die niet verplicht onder voorgaande CAO’s vallen.”
Werknemers contract aanbieden
Ook geldt volgens OSB de CAO-schoonmaak voor het bedrijf. “Dit zorgt ervoor dat het zelfstandige schoonmaakbedrijf van een SW-bedrijf artikel 38 van de CAO-schoonmaak moet toepassen en moet dus bij contractwisseling de werknemers van het verliezende schoonmaakbedrijf een arbeidsovereenkomst aanbieden. Uiteraard geldt andersom ook. Dus als een schoonmaakbedrijf een object verwerft van een zelfstandig bedrijf zoals hiervoor beschreven, dient aan de werknemers die niet verplicht onder een andere CAO vallen, een aanbod gedaan te worden.”
Mijn schoonmaakbedrijf verliest een opdracht aan een SW-bedrijf.
Wat moet ik weten en wat kan ik doen?
OSB roept op om te onderzoeken of het bedrijf past in het profiel zoals hiervoor beschreven: zelfstandig schoonmaakbedrijf, opereert op de markt en heeft als hoofd- of nevenactiviteit schoonmaak. “Een graadmeter om te controleren of het bedrijf de CAO-schoonmaak toepast, is de lijst van werkgevers die aangesloten zijn bij het pensioenfonds.”
Draagt het bedrijf premie af?
Als het bedrijf hier op staat, draagt het pensioenpremie en RAS-premie af, stelt OSB. “Door het pensioenfonds wordt ook gecontroleerd of het CAO-loon wordt betaald. Daaruit kun je afleiden dat de CAO wordt toegepast. Met deze kennis kan het gesprek worden aangegaan met het SW-bedrijf. Niet ieder SW-bedrijf staat open voor het aanbieden van een contract aan het personeel van het verliezende schoonmaakbedrijf. Mocht u er onderling niet uitkomen, zou u de opdrachtgever kunnen betrekken.”
Lees ook
Schoonmaakbedrijven vrezen verdringing
Wat merkt de schoonmaakbranche van de Participatiewet?
