In de schoonmaaksector heerste er jarenlang strijd tussen vakbonden en OSB. Die tijd is alweer lang vervlogen. Ondanks wat tromgeroffel zijn de afgelopen cao-onderhandelingen geruisloos verlopen. De schoonmaakstakingen van 2010 compleet met kamelen in tuinen van schoonmaakbedrijven lijken verder weg dan ooit. Ook Dekkers ziet dat de verhoudingen zienderogen zijn verbeterd.
“In de gesprekken die ik heb, gaat het vaak ook wel even over de stakingen van 2010, 2012 en 2014. De namen van Ron Meijer en Mari Martens vallen vaak. Maar die tijden zijn echt voorbij. Er zijn verschillende belangen tussen werkgevers en werknemers, maar er is meer dat ons verbindt dan dat ons scheidt. Met grote stappen zijn er gezamenlijk nieuwe initiatieven neergezet die de branche, ook sociaal gezien, op een hoger niveau hebben gebracht. Het is mooi dat dat eruit is gekomen.”
Er is meer dat ons verbindt dan dat ons scheidt
Goede onderhandelaar
Dekkers studeerde politicologie. Ze begon haar carrière bij de inkoopafdeling van HEMA en stapte daarna over naar de afdeling die de arbeidsvoorwaarden regelde. Ze ging vervolgens aan de slag als cao-onderhandelaar voor de vakbeweging FNV. Ze begeleidde cao-onderhandelingen in de retail, onder andere bij Vendex KBB.
“Wat ik daar heb geleerd? De inhoudelijke kennis van arbeidsvoorwaarden. Daarnaast: als je een goede onderhandelaar wilt zijn, moet je goed in kunnen schatten wat werkgevers aan de andere kant van de tafel beweegt. Als je geen gevoel hebt voor wat werkgevers willen, dan kom je nooit tot een resultaat. Dan wordt het per definitie een patstelling. Niet in de laatste plaats moet je heel goed weten wat je eigen achterban wil. Daarachter komen was nog wel eens lastig in de detailhandel omdat veel medewerkers daar een parttimebaan hebben. Parttimers hebben de neiging niet heel erg voor hun belangen op te komen en zijn daardoor vaak minder goed georganiseerd. Je zag ook wel verschillen in sectoren. De havens, het vervoer en de industrie zijn beter georganiseerd dan de handel.”
Voorbeeld voor de hele bond
In 2003 stapte ze over naar het hoofdbestuur van FNV Bondgenoten, de fusiebond van de sectoren voeding, vervoer, diensten en industrie. Ze werd daar algemeen secretaris en later voorzitter. “Dat heb ik lang gedaan, tot aan 2015”, aldus Dekkers. Toen maakte ze een overstap naar een directiefunctie bij FNV. “Ik probeerde natuurlijk wel met alle groepen contact te houden, maar dan ben je wel iets meer van het uitzetten van de koers.”
In die tijd was schoonmaak een van de belangrijkste campagnes, vertelt Dekkers. “Ik bekeek dat van wat verder weg, maar ik heb wel het Schoonmaakparlement en de -regering bezocht. De schoonmaak was destijds wel een voorbeeld voor de hele vakbond. Een voorbeeld van welke thema’s je pakt en hoe je je organiseert en mobiliseert als leden. Het ging toen niet meer alleen over geld. Dat aspect zie je nu ook terug. Waar we als RAS mee bezig zijn, zijn vooral projecten op de gebieden arbeidsmobiliteit, duurzame inzetbaarheid en opleidingen.”
Verbinden van werkgevers en werknemers
De sector ontwikkelt door, stelt Dekkers. “Het mooie is dat dit een mensensector is. Mensen maken het verschil. Daarbij komt dat ik hier een fraaie rol kan spelen in het verbinden van werkgevers en werknemers. Samen werken we aan een sector waarin het prettiger, veiliger en beter werken is. Dat is het leuke van de RAS. Het is niet het gevecht aangaan, maar we pakken die zaken op waarvan werkgevers en werknemers het eens zijn dat die moeten gebeuren in de sector.”
Dekkers is nog maar enkele maanden werkzaam in de sector, maar wat voor een beeld heeft ze gekregen? “Ik heb het idee dat de sector van kostengestuurd een beweging maakt naar meer aandacht voor hoe het werk goed gebeurt. Met meer investeringen in arbeidsverhoudingen, -voorwaarden en -omstandigheden. Ik zie ook dat er met de Code Verantwoordelijk Marktgedrag meer aandacht is voor het aspect dat het een spel is van opdrachtgever, schoonmaakbedrijf en werknemer. Dat er drie kanten aan de medaille zitten.”
Ik kan een fraaie rol spelen in het verbinden van werkgevers en werknemers. Samen werken we aan een sector waarin het prettiger, veiliger en beter werken is
Erg betrokken bij werknemers
Schoonmaakbedrijven zijn doeners, constateert de nieuwe RAS-directeur. “Het gaat niet over wollige beleidsstukken, er gebeurt daadwerkelijk wat. Daarbij valt me op dat werkgevers erg betrokken zijn bij hun medewerkers. Ze staan ook heel dicht bij hun medewerkers en zijn niet bang om zelf de handen uit de mouwen te steken als er gaten in de planning vallen. Ze helpen medewerkers met taaltrajecten, schuldhulpverlening of opleidingen. Daar spreekt een enorme betrokkenheid uit.”
Op een deel van die trajecten biedt de RAS ook ondersteuning. De RAS heeft afgelopen jaren voor vierduizend medewerkers een taaltraject medegefinancierd. Ruim zevenduizend mensen doorliepen afgelopen jaar een van de basisopleidingen in de schoonmaak. “Daarbij komt dat we een werkdrukmeter hebben die werkgevers kunnen gebruiken. Die laat direct zien welke knelpunten er binnen je bedrijf zijn.”
[Verhaal gaat verder onder de foto]
Ongewenste omgangsvormen
Meer recent is de focus op zogeheten ongewenste omgangsvormen. Dekkers: “Er zijn best veel misstanden in de schoonmaak. We hebben een klachtencommissie waar klachten binnenkomen over ongewenst gedrag. Dat kan over gedrag tussen collega’s onderling zijn, maar ook tussen de schoonmaker en de leidinggevende. Soms komt het ook vanuit de opdrachtgever. Mensen hebben meer dan eens het gevoel respectloos behandeld te worden. Schoonmaakbedrijven wijzen vertrouwenspersonen aan die dergelijke situaties bij de hand kunnen nemen. Er is ook een branchevertrouwenspersoon.”
Hiernaast heeft RAS ook een project onder zijn hoede dat gaat over het communiceren op de werkvloer. “Daarvoor is subsidie beschikbaar voor werkgevers vanuit het Europees Sociaal Fonds. Uitgangspunt is de vraag: hoe ga je het gesprek aan met elkaar? Zijn er werkoverleggen? Wordt er gesproken over dingen die niet goed gaan of die jou als schoonmaker of werkgever dwars zitten? Dit project is afgesproken in de CAO Schoonmaak.”
Er zijn best veel misstanden in de schoonmaak. We hebben een klachtencommissie waar klachten binnenkomen over ongewenst gedrag
Hoe houd je het interessant?
Ook de zogeheten arbeidsmobiliteit is een belangrijk onderwerp binnen de schoonmaak. Dekkers: “Hoe houd je je werk binnen het eigen bedrijf of binnen de schoonmaakbranche vol en hoe houd je het interessant? Daarbij bieden we werknemers ook de mogelijkheid om gebruik te maken van een loopbaancoach. Mensen kunnen daarbij zelfs doorgroeien naar andere sectoren of een opleiding oppakken.”
De mogelijkheden die de RAS biedt, mogen wel wat zichtbaarder worden, stelt Dekkers tot slot. “Zodat er ook meer gebruik van kan worden gemaakt. We denken na over andere communicatiemiddelen zoals social media kanalen, een app, een overzichtelijkere website en eenvoudig te lezen nieuwsbrieven. Niet zozeer om de RAS te promoten, maar juist om werknemers en werkgevers de kansen te bieden die ze kunnen pakken. Het is zonde als we tal van regelingen oprichten, maar deze nauwelijks kenbaar maken. Dat is niet waar we als RAS voor zijn opgericht.”