“We maken ons grote zorgen over de hygiëne en schoonmaak in het onderwijs. In het begin van de coronapandemie zagen we dat veel scholen meer tijd en geld investeerden in hygiëne en schoonmaak, met name in de reiniging van contactoppervlakken en aanraakpunten”, aldus Rob Rommelse, directeur Schoonmakend Nederland. “Maar nu hygiëne zo belangrijk is om uit deze lockdown te komen, zien we dat sommige scholen bezuinigen op schoonmaak en deze afschalen. Een ontwikkeling die lijnrecht ingaat tegen de adviezen en protocollen van sectororganisaties in het onderwijs en het RIVM. Dit baart ons grote zorgen.”
Ga met elkaar in gesprek
Nu de basisscholen weer open gaan benadrukt Schoonmakend Nederland het belang van grondige schoonmaak. Zeker aanraakpunten én sanitair vragen om extra aandacht. Extra nalooprondes kunnen hier een oplossing voor zijn. Het is van belang dat scholen én schoonmaakbedrijven goede afspraken maken. In een gedegen werkprogramma stem je af wat, hoe vaak wordt schoongemaakt.
Rommelse: “Het is nu niet verstandig om bijvoorbeeld lichtknoppen en andere aanraakvlakken minder vaak schoon te maken. Houd juist vast aan het schoonmaakprogramma om het virus zo veel mogelijk buiten de deur te houden, zeker wanneer scholen de deuren weer openen na de lockdown.”
Om besmettingen te voorkomen blijft regelmatige grondige schoonmaak erg belangrijk. Het schoonmaakbedrijf kan juist goed adviseren over wat echt nodig is. Schoonmakend Nederland roept onderwijsinstellingen én schoonmaakbedrijven op om hierover met elkaar in gesprek te gaan.
Ook jonge scholieren kunnen het virus overdragen
Al eerder riep brancheorganisatie Schoonmakend Nederland op om blijvend in te zetten op hygiëne. Het virus laat zich immers niet zien. Ook (jonge) scholieren kunnen het virus overdragen en daarmee het virus verspreiden naar bijvoorbeeld hun ouders of grootouders. Intensieve schoonmaak is belangrijk. Dit draagt bij om op langere termijn zo veel als mogelijk vrij te komen van corona en andere virussen.
