Buiten op een bankje zitten Arthur van Moorsel en Chafik Kouboye te wachten. Het komt niet zo vaak voor dat ze vertellen over hun werk. En al helemaal niet aan mensen die ze niet kennen. De deuren van de RNO-hal in Amsterdam, de enige plek in Nederland waar treinen na een aanrijding worden gereinigd, zijn maar zelden geopend voor buitenstaanders. “We krijgen wel vaker verzoeken voor een interview, maar meestal verkopen we nee”, legt Loek Rongen, contractmanager bij NedTrain, uit. “We zijn uiteraard trots op het werk dat Arthur, Chafik en hun collega’s hier doen, maar we lopen er liever niet mee te koop. Mensen die onder een trein komen, hebben ouders, vrienden, familie. Uit respect voor slachtoffers en nabestaanden is het verstandig om de poorten gesloten te houden.”
Bij de schoonmaak van treinen na een ongeval komt heel wat kijken
Vandaag maken NedTrain en Hago voor één keer een uitzondering. Rongen legt uit waarom. “Vakinhoudelijk is het heel interessant wat we hier doen. Het gaat om zo veel meer dan reinigen alleen. We willen laten zien we er allemaal komt kijken bij dit werk. Wat krijgen onze mensen voor hun kiezen? En hoe gaan ze daarmee om? Schoonmakers krijgen in mijn ogen niet altijd de waardering die ze verdienen. Dat is onterecht. Hun werk is namelijk van groot belang.”
We zijn uiteraard trots op het werk dat Arthur, Chafik en hun collega’s hier doen, maar we lopen er liever niet mee te koop.
Goede begeleiding is een must
Zo’n tweehonderd keer per jaar komt een trein in aanraking met een persoon of een dier. “Het kan een aanrijding zijn, maar het komt ook regelmatig voor dat iemand zelf heeft besloten om voor de trein te springen”, vertelt ambulant objectleider Arthur van Moorsel. “Ik ben een jaar of vijf geleden begonnen met dit werk en schat in dat ik al zo’n honderd reinigingen heb gedaan. Dat gaat je niet in de koude kleren zitten.” Ook collega Chafik Kouboye doet het werk inmiddels vijf jaar en heeft het nodige te verduren gehad. “We zijn allemaal stoere mannen, maar soms grijpt het je naar de keel. De ene keer kun je beter dealen met een bepaalde situatie dan een andere keer. Op die momenten is het heel belangrijk dat je goede hulp krijgt.”
Elk kwartaal vinden bijeenkomsten plaats die onder leiding staan van een psycholoog die gespecialiseerd is in traumaopvang. “Dat is van groot belang”, vertelt rayonmanager Johny Froon. “De jongens moeten hun verhaal kwijt. De enige manier om te zorgen dat ze het achterste van hun tong laten zien, dat ze daadwerkelijk vertellen wat er speelt, is door ze goed te begeleiden.” Ook bij het aannamebeleid speelt de psycholoog al een belangrijke rol. “Potentiële RNO’ers worden uitgebreid gescreend. We willen zeker weten dat ze het werk aankunnen en dat ze bestand zijn tegen wat ze tegenkomen. Je moet heel sterk in je schoenen staan.”
> LEES OOK: NS gunt calamiteitenreiniging treinen aan Hago
Aangrijpende verhalen
Beide mannen hebben het nodige meegemaakt tijdens hun carrière. “Een deel van de verhalen blijft je bij”, vertelt Kouboye. “Eind 2015 kwam een meisje in Hilversum onder de trein na een avondje stappen. Er was in de media veel aandacht voor. Daardoor kreeg het verhaal een gezicht. Je hebt er een beeld bij. Als je dan de dag erna een belletje krijgt dat je aan de slag moet, dan doet dat wel wat met je.” Ook Van Moorsel staat een aantal aanrijdingen nog helder voor de geest. “Iemand wilde de telefoon van een meisje stelen in Rotterdam. Ze sloeg op de vlucht, maar dit ging fout en ze kwam onder een trein terecht. Een dag later stond die trein hier en moest ik aan de slag. Dat is heftig. Ik kan het van me afzetten, maar het blijft je wel bij.”
Specialistisch werk
De hal waar het reinigen van de treinen plaatsvindt, is flink onder handen genomen. “De RNO-hal was oorspronkelijk een machinehal”, vertelt Rongen. “Na 5 jaar en 1.100 reinigingen verdiende de hal een upgrade. De ruimte is voorzien van een nieuwe coating. De hal moet stof- en vuilvrij zijn. Het reinigingsproces, dat met hogedrukreinigers gebeurt, laat sporen achter. Het is van belang dat je vloeren en wanden makkelijk weer schoon kunt maken. Er is veel geld geïnvesteerd om deze werkomgeving zo optimaal mogelijk te maken. Alleen dan kunnen onze mensen hun werk goed doen.” Het opruimen van de gevolgen van een ongeluk is specialistisch werk, legt Froon uit. “De reiniging vergt een specifieke (desinfectie)aanpak die moet voldoen aan strenge eisen. Onze schoonmakers zijn hierin intensief getraind. Ze werken met een speciaal afgesloten pak en dragen een helm en een masker. Bovendien zijn ze verplicht altijd met z’n tweeën te werken zodat ze elkaar in de gaten kunnen houden.”
> LEES OOK: “Crime scene cleaning doe je niet voor de sensatie”
Stap voor stap
Als er ergens in het land een aanrijding plaatsvindt met een trein, dan worden eerst ProRail en de calamiteitendiensten erbij geroepen. Op de plaats van het ongeval proberen de hulpdiensten het slachtoffer te bergen. “Het lichaam moet in principe compleet zijn, anders wordt de trein niet vrijgegeven”, vertelt Rongen. “Maar je kunt je voorstellen dat dit in bepaalde gevallen bijna niet te doen is.” Nadat het materieel is vrijgegeven, gaat de trein naar Amsterdam. “Wij hebben dan ondertussen een melding binnengekregen dat er een aanrijding is geweest en dat we in actie moeten komen. Het materieel wordt hier op het calamiteitenspoor geplaatst, waarna de RNO’ers de trein de hal in kunnen rijden.”
Hoe lang duurt het om een trein te reinigen? “Op die vraag is geen antwoord te geven”, vertelt Kouboye. “Elke aanrijding is anders. Is een persoon of dier op de kop van de trein geraakt, aan de voorkant, dan duurt het langer. Daarnaast speelt ook mee hoe lang de trein is. Van Moorsel: “Het is niet zo zeer de klap zelf, maar vooral wat daarna gebeurt. Heeft de trein twee of acht coupés? Dat maakt nogal verschil. Je zult alles nauwkeurig moeten nalopen.” Vet, haren en bloed. Dat is in de meeste gevallen wat de RNO’ers tegenkomen tijdens het reinigen van de treinen. “Ik zal niet teveel in details treden, maar we komen ook geregeld nog lichaamsdelen tegen. Denk aan handen, vingers of een onderbeen. Dat hoort bij ons werk en daar moet je tegen kunnen.”
Oppassen voor elektronica
Door het witte schuim waarmee gewerkt wordt, is goed te zien waar de trein nog gereinigd moet worden. “Het is echt geen eenvoudig werk. Onder de trein zitten wielen, remmen en nog heel veel meer. Daarop zit mechanisch vet. En dat moet je er niet afspuiten, want dan loop je de kans dat de trein niet meer goed functioneert. Bovendien zit er de nodige elektronica verborgen. Ook daar moet je rekening mee houden. Je moet goed weten wat wel en niet kan.”
Graffitireiniging
Van Moorsel en Kouboye houden zich niet alleen bezig met het reinigen van treinen die een aanrijding hebben gehad, maar zijn daarnaast ook actief bij het verwijderen van graffiti. “Je weet van tevoren uiteraard nooit wanneer er een aanrijding plaatsvindt. Is er geen werk in de RNO-hal, dan gaan we aan de slag met graffiti. Dat is een welkome afwisseling”, vindt Van Moorsel.
Het komt ook wel eens voor dat het de RNO’ers te veel wordt, vertelt Froon. “Een van de collega’s vond in korte tijd twee keer een onderbeen. Hij wilde het werk echt niet meer doen. Als iemand dat vertelt, dan moet je daar direct op reageren en iemand uit de planning halen.” Er zijn slechts acht RNO’ers in Nederland. “Je moet flink wat in je mars hebben en heel stabiel zijn. Het is psychologisch een loodzware baan. Dit zijn geen schoonmakers, maar echte specialisten. En daar mogen we best eens extra bij stilstaan. Deze schoonmakers verdienen een pluim.”
Dit artikel verscheen in Service Management nummer 12. Kijk hier voor een abonnement of een proefnummer.
LEES OOK:
> Crime scene cleaning: niet voor de sensatie
> NS gunt calamiteitenreiniging treinen aan Hago
> NS verlengt contract met HRS voor treinschoonmaak met 2 jaar
> Hago Rail Services lanceert App voor schonere treinen