Maar eerst de definitie: met detergenten kan - strikt genomen - elk reinigingsmiddel worden bedoeld. Echter, meestal bedoelen we hiermee een oppervlakteactief reinigingsmiddel. Zeep is bijvoorbeeld zo’n zeer bekende detergent. In de professionele schoonmaak is na corona bij detergenten de nadruk meer komen te liggen op duurzaamheid, constateert Aernouts. “Daar zie ik echt wel een doorbraak, bijvoorbeeld in waterloze producten. Geconcentreerde detergenten waar je op locatie pas water aan toevoegt. Je vervoert bij het transport alleen concentraat. Je kunt bij transport meer ervan meenemen ten opzichte van reinigingsmiddelen met water al in de fles. Die concentraten verdunt de schoonmaker dan op locatie. Daarbij scheelt het dat een sprayflacon meerdere keren te gebruiken is. Je kunt deze vullen met het concentraat en het water en verbruikt zo dus minder plastics.”
Let’s rethink cleaning
“Wegwerpplastics probeer je, ook bij die concentraten, zoveel mogelijk tegen te gaan”, vervolgt Aernouts. “Dus het verpakkingsmateriaal en de sprayflacon moet zoveel als mogelijk gerecycled materiaal bevatten.” Weer een andere variant is het bruistablet. “Daarbij stop je het tablet, vaak verpakt in te recyclen papier, in de flacon en voeg je water toe. Hierbij weet je zeker dat je de juiste verhouding hebt tussen het middel en water." Bij concentraten kan dat misgaan, al zijn daar dan wel weer oplossingen voor. Denk aan doseermachines die precies de juiste hoeveelheid concentraat voor een bepaalde fles afgeven.
Recyclagesysteem
Of denk aan de dop die als maatbeker kan dienen. “Maar dan nog: het tablet heeft als groot voordeel dat deze in te recyclen papier verpakt kan worden. Dan gebruik je dus geen plastic en wordt zelfs een recyclagesysteem voor de plastic flessen overbodig.” Ook kun je met tabletten eenvoudig rantsoeneren. Je kunt precies het aantal tabletten beschikbaar stellen dat iemand nodig heeft. Dat is bij concentraat minder makkelijk te doen.”
Voorkomen
De duurzaamheidstrend is onmiskenbaar ingezet. Maar maken ecologische reinigers niet minder goed schoon? Aernouts: “Om het af te pellen: je kunt met ecologische middelen geen hele krachtige ontkalker maken die honderd procent goed is. Je kunt er wel een relatief krachtige ontkalker mee maken op basis van organische zuren. Door daarmee regelmatig schoon te maken voorkom je opbouw van kalk. Als je opbouw van kalk vermijdt, is ook die krachtige ontkalker met heel krachtige, anorganischezuren niet nodig.”
Mythe doorprikken
Aernouts prikt daarbij meteen een mythe door. “Ecologische reinigingsmiddelen zijn voor 95 tot 99 procent duurzaam. Grote grondstoffenproducenten zetten erop in om die middelen voor de volle 100 procent uit hernieuwbaar grondstoffen te verkrijgen, maar dat is nog niet eenvoudig. De niet-ionische oppervlakte stoffen worden meestal namelijk geëthoxyleerd en dat is momenteel een petrochemisch proces. De uitleg: niet-ionogene oppervlakte-actieve stoffen zorgen dat hetgeen wat je schoon wilt krijgen, makkelijker schoon wordt. Zo weken ze vuil los. Let wel, die stoffen zijn ook biologisch afbreekbaar, maar ik verwacht dat dat laatste stukje ook uit plantaardige stoffen gemaakt gaat worden. Dan heb je 100 procent duurzame detergenten. Net zoals je bij plastics aardolie kunt vervangen door ethanol, verkregen uit de fermentatie van suikerriet.”
EU geeft definitie van detergent
De Europese Unie publiceerde in april 2004 de Detergentenverordening. Hierin is het begrip detergenten omschreven als: alle stoffen en preparaten die zepen en/of andere oppervlakte-actieve stoffen bevatten en die bedoeld zijn voor was- en reinigingsprocedés. Detergentia kunnen elke vorm hebben (vloeistof, poeder, pasta, staaf, brood, gestempeld stuk, fantasievorm, enz.) en kunnen in de handel worden gebracht of gebruikt voor huishoudelijk, institutionele of industriële doeleinden.
Microvezeldoek
Dan de eeuwige vraag die boven de schoonmaakmarkt blijft hangen: is er bij het gebruik van een microvezeldoek nog wel reinigingsmiddel nodig? Microvezel is een materiaal gemaakt van een mix van polyester en polyamide waardoor minuscule taartvormige vezels ontstaan. Deze kleine vezels zijn fijner dan een mensenhaar, zodat ze in kleine hoekjes en gaatjes kunnen komen om stof en vuil te verwijderen. De belofte bij introductie was dat er vervolgens alleen nog water nodig zou zijn. Aernouts: “Dit is een beetje afhankelijk van locatie, frequentie van schoonmaken en type oppervlak, maar ik zou in het algemeen adviseren om toch reinigingsmiddel te gebruiken. Eigenlijk kun je vuil door te schrobben met een microvezeldoek al losmaken van een oppervlakte."
Vuil blijvend losmaken
"Maar chemie kan ervoor zorgen dat het vuil opgelost blijft en je het daarna makkelijker kunt afvoeren. Vergelijk het met je wasmachine waar je te weinig wasmiddel in hebt gedaan. Dan kan er een grauwe deken over je kleding komen omdat het vuil wel los is gekomen, maar daarna zich weer aan de kleding heeft gehecht. Dat wil je niet. Zo werkt het dus ook bij oppervlaktes.”