Cedris-voorzitter Mohamed El Mokaddem vindt dat werken voor iedereen een optie moet zijn, ongeacht een eventuele beperking. ‘’Niet iedereen kan fulltime werken, maar ook voor deze groep moet werken aantrekkelijk zijn. Daarnaast is het met de schreeuwende arbeidstekorten niet uit te leggen dat er een groep onvrijwillig aan de zijlijn staat, omdat de begeleiding niet wordt aangeboden.’’ In het verslag onderzocht Cedris met input van de sociaal ontwikkelbedrijven welke landelijke trends zichtbaar zijn, hoe de doelgroep eruitziet en hoe de sector er financieel voorstaat. De belangrijkste conclusies zijn als volgt:
Werk loont niet altijd
Wegens de arbeidsbeperking kan de doelgroep niet altijd fulltime werken. Gemiddeld werken zij 28,7 uur per week en verdienen daarmee gemiddeld 445 euro per maand onder het minimumloon.
Ontbrekende begeleiding
Sociaal ontwikkelbedrijven gaven aan dat vorig jaar wederom minder mensen aan werk zijn geholpen. Ten opzichte van 2021 gaat het om 3.400 mensen. De groep die niet zelf aan het werk komt, heeft intensieve begeleiding nodig. De kosten hiervan zijn niet altijd gedekt, waardoor het een financiële reden kan zijn voor gemeenten om deze ondersteuning niet te bieden.
Verschillen tussen gemeenten
‘’We moeten af van de postcodeongelijkheid’’, zegt El Mokaddem. Uit de conclusies blijkt dat er grote verschillen tussen gemeenten zijn bij de ondersteuning voor mensen met een arbeidsbeperking. Gemeenten die bijvoorbeeld vaak loonkostensubsidie inzetten, doen dit drie keer zo vaak dan gemeenten die dit weinig doen. Het hangt dus af van de politieke wil van een gemeente welke opties mensen krijgen.
Financiële tekorten
Het tekort is in de sector in 2022 102 miljoen euro. De onderzoekers geven aan dat er een grote kans is dat dit tekort gaat toenemen, omdat er steeds minder mensen zijn die werken vanuit de Wsw. De financiering hiervan was meer kostendekkend dan de financiering onder de Participatiewet.