Taak voor cao-onderhandelaren: richt je op de lange termijn

Taak voor cao-onderhandelaren: richt je op de lange termijn

In maart gaat de schoonmaakbranche weer onderhandelen over een nieuwe cao. Volgens AWVN, VNO-NCW en MKB-Nederland is het belangrijk het overleg hierbij te richten op de uitdagingen op de lange termijn. Zo schrijven ze in hun Arbeidsvoorwaardennota 2024.

Elk jaar brengen de drie partijen de nota uit met advies aan cao-onderhandelaren. Dit jaar heeft het adviesrapport de titel ‘De toekomst wacht niet’. Een belangrijke pijler die ze noemen is de blik op de lange termijn. Zeker nu de economische situatie onzeker is, blijft het belangrijk te investeren om de continuïteit van bedrijven te waarborgen.

Situatie niet houdbaar

De werkgeversverenigingen zien een historisch hoge loongroei in 2023 van 7,1 procent, welke feitelijk los is komen te staan van de economische situatie binnen veel bedrijven en sectoren. Volgens hen geen houdbare situatie, zeker met de uitdagingen waarmee de arbeidsmarkt al kampt en die de komende jaren groter zullen worden. Denk aan de vergrijzing, verduurzaming en de stagnatie van de arbeidsproductiviteit. Tegelijkertijd blijven investeringen in inzetbaarheid achter.

Twee speerpunten

Om de situatie wel houdbaar te maken, noemen de werkgeversorganisaties twee speerpunten: de loongroei weer koppelen aan de bedrijfseconomische situatie en de vooruitzichten in de sector en werk maken van de (arbeids-)productiviteitsgroei. Dit tweede kan gerealiseerd worden door slimmer te werken en gebruik te maken van innovatieve technologieën. Als niet ingezet wordt op deze twee pijlers, verwachten de werkgeversorganisatie dat bedrijven de loonkosten op een  gegeven moment niet meer kunnen dragen.

In het rapport geven de werkgeversorganisatie aan dat ze begrijpen dat veel bedrijven de problemen die eraan komen moeilijk kunnen zien. Aan de oppervlakte lijkt het op het moment goed te gaan met de Nederlandse economie. De werkloosheid is laag en toonaangevende bedrijven behalen goede winsten. Maar de ontwikkelingen op de achtergrond zijn zorgwekkend. Die wijzen op een krimp van de industrie, een toenemend aantal faillissementen, lang aanhoudende hoge inflatie en lage investeringen die groei onderdrukken.

Werkgevers moeten werken aantrekkelijker maken

Zeker over de branches waarin de loonkosten snel oplopen door de verhoging van het minimumloon leven zorgen. Nu het minimumloon in ruim een jaar tijd tot 30 procent stijgt tot het hoogst van Europa, wordt het loongebouw flink opgedreven. Daarbij zien de werkgeversorganisaties dat een hoger minimumloon het probleem van werkende armen niet oplost. Vaak zijn dit mensen met geringe banen voor wie meer werken niet loont, door het wegvallen van toeslagen en belastingvoordelen. Daar ligt een opgave voor het nieuwe kabinet. Maar ook cao-partijen kunnen werken aantrekkelijker maken. Bijvoorbeeld door in gesprek te gaan met medewerkers of zij meer uren willen werken en door het werk, werktijden en werkomstandigheden aantrekkelijker te maken. Zeker met de groeiende krapte op de arbeidsmarkt, valt hier nog veel te winnen.

Verzuim omlaag brengen

Een volgend punt van zorg dat de werkgeversorganisaties benoemen in hun rapport, is het hoge ziekteverzuim. Dat is de afgelopen twee jaar op het hoogste niveau in twintig jaar. Het verzuim zelf kost miljarden per jaar en drijft tegelijkertijd de toch al hoge werkdruk verder op. Ook hier ligt dus een opgave voor werkgevers. Zij kunnen het verzuim omlaag brengen door in te zetten op preventie en te investeren in de opleiding en ontwikkeling van werknemers. Bestaande opleidingsbudgetten worden op dit moment nog steeds te weinig benut.

Bron: VNO-NCW

Lees ook: