Daarmee beloont de jury van de best practice award 2022 vooral een heel erg lange samenwerking. In het juryrapport: “De jury is van mening dat gesproken mag worden over een duurzame best practice. Dit gelet op het feit dat 1nergiek al meer dan dertig jaar met het NLR samenwerkt en dat dit in partnership gebeurt. Deze best practice laat de toepassing van de code goed zien.”
Vier presentaties schoonmaaksamenwerkingen
De vier genomineerden deden ten overstaande van een publiek van ongeveer honderd aanwezigen, waaronder veel schoonmakers van de genomineerde bedrijven, ieder een pitch. Richard de Hoop knoopte de presentaties, inclusief video’s en vraaggesprekken met juryleden, aan elkaar. “Jullie zijn de hoop van alles wat schoonmaakt in Nederland. Jullie zijn een voorbeeld voor de branche. Ik zie wel een beetje gespannen kopjes vandaag. Ik hoorde zelfs dat iemand niet kon slapen vannacht.” Dat snapte de nieuwe voorzitter van de code schoonmaak, Bert van Boggelen wel. “Maar het gaat erom bij de code dat opdrachtgever, opdrachtnemer en schoonmakers er samen de schouders onder zetten. Zie je elkaar staan? Daar gaat het om. Wat heb je van de ander nodig om goed samen te kunnen werken?”
Thema duurzame inzetbaarheid
Dit jaar had de best practice award het thema duurzame inzetbaarheid. De vier genomineerde casus waren daar dan ook op gericht. Allereerst presenteerden landelijk werkend schoonmaakbedrijf Asito en de Universiteit Utrecht zich met hun casus. Zij verhaalden over hun gezamenlijke missie: “Het verbeteren van het toekomstperspectief en de duurzame inzetbaarheid van Asito-medewerkers door hen actief uit te nodigen om mee te denken en mee te doen met het organiseren en verbeteren van de samenwerking met UU.” De jury van de best practice award kon dat uitgangspunt waarderen. “Deze best practice laat ketensamenwerking goed zien. Asito en de UU werken met het programma Kracht samen aan een duurzame en constructieve samenwerking.” Voorbeelden daarvan zijn trainingen voor leidinggevenden in inspirerend leiderschap waardoor zij talenten kunnen laten ontwikkelen. Of het aanreiken van basisvaardigheden aan schoonmakers om hun zelfredzaamheid te vergroten. Op het podium bleek dat schoonmakers ook in andere disciplines aan de slag kunnen. Bijvoorbeeld bij de leverancier van sanitaire artikelen of de catering.
Inzet vluchtelingen in de schoonmaak
Casus twee was bijzonder omdat het de inzet van Oekraïense vluchtelingen, waar er een aantal waren op het podium, betrof. De gemeente Deventer had het in no time mogelijk gemaakt voor regionaal schoonmaakbedrijf Qleaning om hen aan de slag te krijgen. Zij kregen een BSN-nummer versneld toegewezen. De jury: “Het initiatief kwam van Qleaning, de gemeente Deventer is daarin meegegaan.” Verderop in het rapport: “De jury vindt het in deze tijden van veel vluchtelingen de best practice een voorbeeld van anderen. De gemeente Deventer heeft zijn verantwoordelijkheid genomen door vluchtelingen op te nemen. Qleaning heeft het op zich genomen om de mensen te trainen en een baan aan te bieden.” Eén van de Oekraïense dames: “We zijn ontzettend blij dat we werk hebben. Het maakt niet zoveel uit wat we doen, als we maar bezig zijn. Werk is een hele goede afleiding en dat is prettig. Want we hebben angst als het niet rustig is in Oekraïne.”
Meer perspectief bieden
Casus drie betrof de samenwerking tussen landelijk werkend schoonmaakbedrijf CSU en de Johan Cruyff ArenA. “We zijn samen met de ArenA met een taakverbreding gestart om onze mensen meer perspectief en mogelijkheden te bieden. Het vormt namelijk een laagdrempelige kennismaking met andere werkzaamheden en werkgevers. We beginnen met een korte kennismaking om te ervaren hoe de werkzaamheden bevallen en beter te begrijpen wat de taken inhouden.” Opdrachtgever Meindert Slagt, directeur Facilitair van de Johan Cruijff ArenA: “Het is heel waardevol dat onze partners op deze manier samenwerken. Het geeft medewerkers kansen om te groeien en te ontwikkelen, maar het zorgt ook voor begrip, inzicht en nieuwe ideeën tussen de verschillende partners.” De jury waardeert dat ook: “CSU maakt taakverbreding en taakdifferentiatie na een start bij de ArenA tot landelijk beleid.” Dat noemt de jury vooruitstrevend. “Deze best practice heeft een positief effect voor de medewerkers die met die taakverbreding en taakdifferentiatie te maken krijgen. Op de lange termijn is het positief voor hun duurzame inzetbaarheid. Maar er zijn ook voordelen voor de korte termijn: doordat medewerkers breder inzetbaar zijn, kunnen ze meer uren werken. Dat kan in deze tijden van een hoge inflatie cruciaal zijn voor de medewerker.”
Letters omhoog gehouden
Als vierde presenteerden 1nergiek en het NLR hun casus. Laetitia Simonis, algemeen directeur van 1nergiek, deed dat samen met haar schoonmaakcollega’s door letters op te houden. Die letters stonden voor een onderdeel van de samenwerking. Uiteindelijk ontstonden zo de woorden duurzaam partnership. Want dat was het. De jury: “Er is sprake van een langdurig samenwerkingsverband, een opdrachtgever die niet houdt van elke twee jaar een nieuwe aanbestedingsprocedure, een vast team van schoonmakers, vaste aanspreekpunten en korte lijnen. Het team van schoonmakers en specialisten denkt pro-atief mee met de opdrachtgever.” Verderop in het rapport: Gaat er iets minder goed, dan wordt dat ook bespreekbaar gemaakt. We zijn van mening als jury dat gesproken mag worden over een duurzame best practice. Dit gelet op het feit dat 1nergiek al 44 jaar met het NLR samenwerkt en dit in partnership gebeurt.”
Het tempo aangeven
De jury ging in beraad. Spreekstalmeester De Hoop kwam met muziekinstrumenten die volgens hem elk hun eigen karakter hebben. “De bass levert de basistonen. Die zegt eigenlijk: doe maar gewoon dan doe je gek genoeg.” Over de trommel: “Ik geef het tempo aan. Deze is gedreven en overtuigd van zichzelf.” De hoorn blijkt aandacht voor perfectie te hebben. De trompet is als iemand die ’s ochtends opstaat en meteen enthousiast is. Zijn conclusie? “We maken allemaal schoon, maar allemaal op een andere manier. Samen kunnen we de moeilijkste klussen aan. Elk instrument in het orkest heeft zijn sterke en zwakke punten. Het helpt niet om elkaar te veroordelen op basis van de zwakke punten. Je moet het werk samendoen en dus samen spelen.” Tromgeroffel begeleidde vervolgens Van Boggelen toen hij de winnaar bekendmaakte. De schoonmakers van 1nergiek sprongen in vreugde op, vielen elkaar in de armen en begonnen te high fiven. Van Boggelen: “Het was ontzettend moeilijk om een winnaar te kiezen, maar dat hebben we als jury toch moeten doen. Het was zo moeilijk omdat dit stuk voor stuk hele mooie voorbeelden zijn voor de schoonmaakbranche.”