Maar first things first: hoe kijkt de top drie terug op 2023? Geen gemakkelijk jaar, maar toch is de nasmaak positief. John van Hoof, voorzitter van de Raad van Bestuur bij CSU, vertelt: “Ook in 2023 hebben we baanbrekende stappen gezet om het werkgeluk van onze werknemers te verbeteren en de impact van het bedrijfsleven op de natuur te verminderen. Voor onze medewerkers, klanten en de gehele facilitaire branche willen we inspireren en gidsen.” Die focus op de medewerker vinden we ook bij Gom. “Met onze sectorspecifieke benadering leveren we toegevoegde waarde aan onze klanten en hun sector. Uiteraard kan dit alleen door de inzet en vakkundigheid van onze mensen, die de kwaliteit elke dag weer waarmaken. Daar ben ik enorm trots op”, vertelt algemeen directeur Olivier Laméris.
Balans opmaken
Als we terugkijken op 2023, moeten we ook de balans opmaken. Want schoonmakers hebben er het afgelopen jaar heel wat loon bijgekregen om de inflatie enigszins te kunnen bijbenen. Nu weten we allemaal dat de marges in de schoonmaak klein zijn, dus konden schoonmaakbedrijven die verhogingen doorberekenen naar hun klanten? CSU, Vebego en Gom hebben hier en daar stevige gesprekken moeten voeren, maar er is ook veel begrip bij klanten. Van Hoof betoogt: “We hebben geen andere keuze dan die kosten door te berekenen. En daar wordt heel veel begrip voor getoond. We benadrukken dat wij staan voor een menswaardig bestaan van de schoonmaakmedewerker en hun gezinnen. Daar hoort een leefbaar inkomen bij.”
Algemeen directeur van Vebego Mark Keur vult aan: “Een rechtvaardige beloning voor onze schoonmakers is voor ons een randvoorwaarde voor het bieden van goed werkgeverschap.” En Laméris: “Het doorberekenen van kostenverhogingen, is in onze branche met smalle marges essentieel. Essentieel om onze branche aantrekkelijk te houden voor de arbeidsmarkt en essentieel om te kunnen blijven investeren in onze medewerkers en daarmee in onze dienstverlening. We nemen onze opdrachtgevers uiteraard mee in de onderbouwing en de achtergronden en we merken dat we met hen tot goede afspraken zijn gekomen.”
Kritisch kijken
Vebego Cleaning Services bestaat pas een jaar. Het bedrijf ging van negen bedrijven naar één Vebego Cleaning Services. Een grote transitie, terwijl “de winkel gewoon open was”, aldus Keur. Ook hij kijkt terug op een veelbewogen jaar waarin ze met creatieve oplossingen hun belofte ‘great work’ waar maakten. Die creativiteit blijft nodig, betoogt Keur. “De markt is aan het veranderen. Zowel de arbeidsmarkt als de klantenmarkt. De krapte dwingt ons om anders naar de arbeidsmarkt te kijken en anders met onze (toekomstige) collega’s om te gaan in het soort en de duur van het werk. Aan de klantenkant kijken we meer en kritischer in hoeverre we samen met onze klanten een omgeving kunnen creëren waarin we onze schoonmakers zo betekenisvol mogelijk werk kunnen bieden.”
Pijlers voor de toekomst
Daarmee geeft Keur al een inkijkje in de nabije toekomst. Hoe zien de andere twee dat? De pijlers van Gom zijn, naast de sectorspecifieke benadering, een integrale kwaliteitsborging en een sociaal duurzaam beleid. Laméris: “Die integrale kwaliteitsborging kent naast de traditionele visuele metingen twee andere meetgebieden die de integrale kwaliteit inzichtelijk maken. Hygiënemetingen zijn bijvoorbeeld in de zorg- en pharmasector van grote waarde als aanvulling op de technische metingen. Met belevingsmetingen voegen we de gemeten ervaring van gebouwgebruikers toe. Met een sociaal duurzaam beleid richten we ons op de duurzame vitaliteit van en de zorg voor onze medewerkers. Voor mensen die al bij ons werken, maar ook talenten die een drempel ervaren om de arbeidsmarkt te betreden. We blijven dit doen in samenwerking met Stichting Nelis en ons zusterbedrijf Buitengewoon.”
Vebego en Gom zien de toekomst rooskleurig in en dat geldt voor Van Hoof ook. “We verwachten de groeilijn aan te kunnen houden en dat blijven we doen onder de noemer van verantwoorde groei. Dit doen we nadrukkelijk met versnelling in onze branchespecifieke insteek en een gedifferentieerde marktbewerking. Door continu je dienstverlening tegen het licht te houden en je af te vragen hoe het beter, efficiënter of duurzamer kan. Ons DNA is onveranderd, maar we evolueren wel continu mee.”
Ketensamenwerking
En dat is nodig. Alle drie zien ze de krapte op de arbeidsmarkt, de vergrijzing en de verandering in werken, bijvoorbeeld door meer hybride werken, niet verdwijnen. Dat vraagt om flexibiliteit in de dienstverlening en het blijven van een aantrekkelijke werkgever. “Vanuit onze drive voor persoonlijke aandacht en duurzame inzetbaarheid investeren we non-stop in vitaliteit, gezondheid, opleidingen, loopbaanontwikkeling en mobiliteit”, is het antwoord van CSU. Van Hoof vervolgt: “We zien ook een steeds groter wordende interesse in de facilitaire coalitie, dat in de veranderde en flexibelere facilitaire omgeving relevanter is dan ooit door de wendbare samenwerking. Maar ook in de ketensamenwerking tussen zorginstellingen en thuishulp, taakverbreding, co-botica, hospitality en de schoonmaak van buitenterreinen.”
Aansluiten bij schoonmaker
Zonder schoonmaakmedewerkers kun je geen kwalitatieve schoonmaakdienstverlening bieden. De schoonmaakbedrijven helpen hun medewerkers daarom bij de vraag hoe zij meer uren kunnen werken. Bijvoorbeeld door de behoefte aan werktijden en flexibiliteit van de werknemers mee te nemen en door taakverbreding. Daarbij houden ze in het achterhoofd dat dat spannend kan zijn voor medewerkers. Hoe zit het dan bijvoorbeeld met toeslagen? Het doel is aansluiten op de medewerker. Keur: “Wij zoeken objecten en klanten die passen bij de hoeveelheid uren die onze mensen willen werken en wanneer. Niet andersom. Dat vereist meer flexibiliteit van onze organisatie en een andere aanpak. Dit is een bewuste keuze. Wij creëren betekenisvolle banen voor iedereen die kan en wil werken en kiezen daarmee voor een maatschappij waarin iedereen die dat wil, mee kan doen.”
Robotisering en digitalisering
Ook robotisering en digitalisering blijven terugkerende thema’s. Deze worden met de rap voortschrijdende technologie alleen maar belangrijker. “We blijven inzetten op robotisering ter ondersteuning van onze mensen. Bij de huidige arbeidsmarktkrapte helpt dit bovendien om de kwaliteit te borgen, aangezien zware en/of repeterende taken door robots overgenomen kunnen worden. Onze collega’s kunnen zich dan meer richten op taken die bijvoorbeeld meer persoonlijke aandacht of expertise vereisen”, begint Laméris. “Naast digitalisering van ondersteunende processen zien we ook kansen in de toepassing van digitalisering in datagedreven schoonmaak. Bij enkele grote opdrachtgevers gebruiken we realtime data om onze dienstverlening te optimaliseren. Het vertalen van data naar informatie helpt om efficiënt de kwaliteit verder te verhogen. Met de koppeling naar robotisering komen twee ontwikkelingen samen waarvan we in de nabije toekomst veel verwachten.”
Van Hoof vult aan: “Data-analyse ondersteunt ons in beter inzicht en betere samenwerking. Ook onze collega’s op de werkvloer ondervinden hier voordeel van: onze toegevoegde waarde laten we zien op de plaatsen waar het ertoe doet, al dan niet aangevuld met extra dienstverlening. Digitalisering, robotisering en smart buildings zullen we in co-creatie verder inhoud geven.”
Samen verschil maken
En dan nog dat andere grote thema: duurzaamheid. Het is niet van de agenda weg te denken. Want niet alleen zetten de schoonmaakpartners in op duurzame samenwerkingen en duurzaam omgaan met hun mensen, ook het klimaat krijgt volop de aandacht. Daarbij is die duurzame samenwerking wel van groot belang. Van Hoof verwoordt het zo: “Een nieuwe toekomst creëer je nooit in je eentje. Alleen samen maak je een wezenlijk verschil.” Woorden waar Keur zich bij aansluit. “Waar we met name nog kansen zien is op het gebied van onze CO2-reductie, samen met onze leveranciers én in de facilitaire keten. Daarnaast zorgt de door de EU verplichte duurzaamheidsrapportage CSRD voor meer transparantie op dit gebied en voor uitdagingen bij elke organisatie. Ook bij ons. Want klanten zullen hier steeds meer eisen aan stellen, waar grote bedrijven, zoals Vebego Cleaning Services, invulling aan moeten geven.”
Die samenwerkingen vinden ook plaats tussen de schoonmaakbedrijven. Zo deden beide Gom en CSU mee aan een initiatief om over te gaan op duurzamere wegwerphandschoenen. Met een CO2-reductie van 75 procent bij de handschoenen tot gevolg. Laméris vult aan: “Een ander mooi voorbeeld is onze inzet op duurzaam vloeronderhoud en ons machinebeleid. Refurbished first heeft grote impact op circulariteit en maakt duurzaamheidsinspanningen op locatie bij opdrachtgevers goed zichtbaar.” Ook Van Hoof heeft concrete voorbeelden: “In 2023 is bijvoorbeeld de CSU Afvalpocket gelanceerd. Deze praktische gids geeft klanten de juiste richting om de eerste stappen te zetten voor het verbeteren van de afvalstromen in hun organisatie. Ook is de autoregeling aangepast naar uitsluitend inzet van elektrische auto’s en strakke monitoring van het brandstofverbruik. Het mobiliteitsbeleid is verder gemoderniseerd met meer flexibiliteit in looptijd, een lease-fiets en een NS Business Card voor alle kantoormedewerkers.”
Meegaan in veranderingen
De schoonmaakbranche is er niet een om bij de pakken neer te gaan zitten en dat is afgelopen jaar ook allerminst gebeurd. Als de historische inflatie ons iets duidelijk maakt, dan is het dat flexibiliteit essentieel is om de continuïteit van de dienstverlening te waarborgen. Bedrijven zijn op zoek naar nieuwe manieren van werken en vragen om efficiëntie en cijfers. Schoonmaakbedrijven moeten dus ook de flexibiliteit tonen om mee te gaan in deze veranderingen. En dat gebeurt ook. Digitalisering en robotisering schrijden voort om schoonmaakmedewerkers te helpen in de uitvoering van (zware) taken en het verlenen van de juiste diensten op het juiste moment.
De cijfers laten ook steeds beter zien hoe schoonmaakbedrijven toewerken naar duurzaamheidsdoelen en het werkgeluk van de medewerkers. In beide vormen van duurzaamheid, milieutechnisch en sociaal, worden onverminderd stappen gezet. En, als we de top drie mogen geloven, gaan we daar ook nog een hoop stappen zien. Met elkaar, met opdrachtgevers en met ketenpartners. En natuurlijk met de schoonmaakmedewerkers. Zoals Van Hoof zegt: “Elke dag willen we ons dankbare vak nóg beter maken, met aandacht voor de gouden handen van onze medewerkers die o zo hard nodig zijn.”