Eén productgroep waar we bij innovatie niet omheen kunnen, is die van de schoonmaakrobots. Maar aangezien robotisering al veel aandacht krijgt, gaat Muis juist ook graag in op andere innovaties. “Wij zijn ook zeker bezig met robotisering en er gaan volgend jaar weer nieuwe types komen. Maar het is niet alleen maar robots voor, robots na. Het door ontwikkelen en aanpassen van schoonmaakproducten is ook innoveren. Op het gebied van robotisering gebeurt heel veel, maar er is nog veel meer.”
Duurzaamheidsgedachte
Dat ‘veel meer’ start bij BOMA bijna altijd vanuit duurzaamheid. Muis licht toe: “Het is binnen ons duurzaamheidsplan de doelstelling om in 2030 CO2-neutraal te ondernemen. Wij zijn als BOMA dan ook heel erg bezig met duurzaamheid. We zitten hier met tien collega’s die elk een productgroep onder zich hebben en zij kijken allemaal in hun eigen productgroep waar ze kunnen innoveren vanuit de duurzaamheidsgedachte. Daar komen heel leuke, soms kleine voorbeelden uit voort. Dat is wel innovatie, maar het verandert niet helemaal de schoonmaak. Ik denk überhaupt dat bijna alle innovaties van nu te maken hebben met duurzaamheid.”
Innovatie 1: Borstels en matten
“We kijken bijvoorbeeld hoe we kunnen werken met meer gerecycled plastic”, vervolgt Muis. “De naam BOMA komt van borstels en matten. In de productgroep borstels hebben we nu net een aantal types met houten armaturen vervangen voor gerecycled plastic. Een deel van dat plastic komt uit de oceaan. Dat vind ik heel een mooie innovatie op het gebied van duurzaamheid. Maar met die borstel maak je gewoon schoon, net als met de vorige borstel. Dus dat verandert niet zozeer de schoonmaak. Toch is dit wel het soort innovatie waar wij doorlopend mee bezig zijn.”
Innovatie 2: Synbio
Grote stappen in schoonmaakmiddelenland worden gezet met micro-organismen. Muis: “Afgelopen jaar hebben we Synbio geïntroduceerd, een opvolger van Probio. Het zijn beide schoonmaakmiddelen die milieubevorderend zijn, in plaats van minder belastend zoals de meeste middelen. Het werkt met micro-organismen, die, wanneer je het middel gebruikt, gaan groeien en steeds meer doen. Synbio werkt hetzelfde als Probio, maar bij Synbio zitten al wat voedingsstoffen voor de micro-organismen in de fles. Daardoor werkt het nog sneller. Dat begint natuurlijk al vanaf dag één, want dan maak je schoon. Maar daarna werkt het door. Waar dit soort schoonmaakproducten gebruikt worden, is de gemeten balans van micro-organismen in het oppervlaktewater beter. Wanneer je werkt met chemie ben je continu vervuiling in het water aan het brengen, maar met Probio en Synbio maak je schoon met bacteriën die al in de natuur voorkomen. Dus het voegt echt iets toe.”
Vies keukendoekje
De micro-organismen in het product leven op de vervuiling van mens en dier. Daarom zijn er ook geen aparte producten meer nodig voor sanitair en interieur. Dat legt Muis even uit. “Je kunt het basisproduct voor alle oppervlaktes gebruiken. Het is geen ontvetter en geen ontkalker. De werking is dat de micro-organismen leven op vervuiling. Dat is hetzelfde of het nu om sanitair of interieur gaat. Het is een neutraal product dat toch werkt. Het pakt de vervuiling op een andere manier aan. We hebben daarnaast het product qua kleur aangepast: Synbio is paars. Dat is wel shocking, want dan wijk je ineens af van de standaardkleuren die gebruikt worden in de schoonmaak. Dat is soms wel moeilijk en als schoonmaakmedewerkers dat niet willen, hoeft het natuurlijk ook niet. Dan kun je nog steeds Probio gebruiken. Maar Synbio is nu paars, omdat het een combinatie is van de kleuren rood en blauw die altijd worden gebruikt in de toepassingen sanitair en interieur.”
Ik denk dat bijna alle innovaties van nu te maken hebben met duurzaamheid.
De middelen maken het werk van de schoonmaakmedewerker volgens Muis gemakkelijker. Hij vergelijkt het met het bekende vieze keukendoekje. “Net als bacteriën in je keukendoekje blijven de micro-organismen in het product vermenigvuldigen. Ze blijven doorwerken en de volgende keer dat je een oppervlakte schoonmaakt, komt de vervuiling er gemakkelijker af. Eigenlijk moet de schoonmaker er zelf niet over na hoeven denken. Hij of zij moet zo’n product gebruiken en dan moet blijken dat het beter werkt. Dat je na een periode van een paar weken zegt dat het veel schoner is en gemakkelijker gaat.”
Innovatie 3: Verpakkingsdoos
Van plastic en micro-organismen naar karton. “Wij zijn ook een logistiek bedrijf”, aldus Muis. “We brengen onze schoonmaakspullen overal naartoe. In dat kader zijn we nu bezig met een nieuwe verpakkingsdoos. Die is ontworpen met allemaal vouwen, waardoor je hem gemakkelijk platter vouwt. Zo bespaar je lucht en heb je altijd een passende doos voor wat erin gaat. Ook hoef je hem niet meer te vullen met plastic. Verder hebben we de onderkant anders gevouwen, zodat er minder tape op hoeft en gebruiken we tape van papier. Uiteindelijk kun je met minder vervoersbewegingen je pakketten rondbrengen, omdat je minder lucht vervoert.”
Ketenduurzaamheid
De doos zit nog in de pilotfase, maar wordt met een beetje geluk begin volgend jaar ingezet. Bij dit soort innovaties kijkt de leverancier voornamelijk naar de eigen duurzaamheidsdoelstellingen, want voor schoonmaakbedrijven zijn verpakkingsdozen natuurlijk geen core business. “Zij willen gewoon de spullen hebben”, lacht Muis. “De één is er natuurlijk wel meer mee begaan dan de ander, maar daarom zijn dit dingen die wij zelf doen vanuit onze duurzaamheidsgedachte. Al proberen we dit soort ontwikkelingen wel vaak samen met schoonmaakbedrijven op te pakken. Wij beseffen dat we een deel van de duurzaamheid in de hele keten van onze partners doen. Dus zij zijn ook afhankelijk van onze ontwikkeling. Bij een aantal van de partners is die lobby er dan ook wel, maar heel vaak is het andersom. Dan zijn wij zelf de leidende figuur die met nieuwe dingen komt.”
Innovatie 4: BiP-app
Ten slotte benoemt Harold de BiP-app (BOMA in the Pocket) die BOMA al een tijdje gebruikt. Het is een mooi voorbeeld van hoe digitalisering een grote efficiëntieslag teweeg kan brengen in de schoonmaak. Muis: “Het doel is schoonmakers zo rechtstreeks mogelijk te bereiken. In mijn optiek is een innovatie een oplossing voor een probleem. En dat is BiP. Er werken zoveel mensen in de schoonmaak, dus hoe krijg je de communicatie gestroomlijnd naar ons toe? Wat voor probleem iemand ook heeft, van een vlek op de vloer of een pakket dat niet goed geleverd is. Daar zitten allemaal schakels tussen, waardoor de communicatie vertroebelt. Daar is de schoonmaker niet mee geholpen. Via de app kunnen schoonmaakmedewerkers rechtsreeks met ons chatten, ze kunnen communiceren met hun leidinggevende, ze kunnen machinestoringen zelf verhelpen door de QR-code op de machine te scannen. Dus het is heel erg gericht op problemen oplossen. Een groot onderdeel is dat wij ervan overtuigd zijn dat je de levering van je schoonmaakspullen moet plannen. Het is niet wenselijk dat je wordt overvallen, omdat iets op is. Je krijgt dan veel extra vervoersbewegingen en het kost tijd die allemaal ten koste gaat van de schoonmaak. Daarom kijken we samen met schoonmaakbedrijven wat ze de afgelopen jaren op hun locaties ongeveer hebben gebruikt, zodat we dat kunnen plannen voor volgend jaar. Medewerkers kunnen dan tussen de leveringen door, als iets op is, nog steeds aangeven dat ze een product nodig hebben. Dan zien ze bijvoorbeeld dat er over twee weken een levering gepland staat en kunnen ze die naar voren trekken. Dan voorkom je dat je nu iets bestelt en over twee weken weer.”
We zijn eigenlijk dagelijks bezig met hoe we het werk voor de schoonmaakmedewerker gemakkelijker kunnen maken.
Ontzorgen
Een innovatie als deze gaat om het ontzorgen van schoonmaakbedrijven en schoonmaakmedewerkers. “Waar wij constant mee bezig zijn is die organisatie van de schoonmaakbedrijven”, beaamt Muis. “Ik vind een app zelf geen innovatie, maar als je kijkt naar welke problemen het in de schoonmaak oplost qua organisatie en tijdsbesparing, worden mensen daar volgens mij wel blij van. Daarom gaan we graag de samenwerking aan met een schoonmaakbedrijf, om te kijken hoe we hen kunnen ontzorgen. Dat is een heel andere uitgangspositie dan ‘ik wil zoveel mogelijk aan je verkopen’. Wij zijn als BOMA bezig met de Total Cost of Cleaning (TCC). Door te innoveren kunnen we kosten verlagen en kunnen mensen beter en gelukkiger hun werk doen. We zijn eigenlijk dagelijks bezig met hoe we het werk voor de schoonmaakmedewerker gemakkelijker kunnen maken.”
Dit artikel is eerder gepubliceerd en komt voor uit magazine Service Management nummer 7 2022.